Dit najaar verschijnt deel twintig in de Reeks Adelsgeschiedenis: Einde van de adelscultuur? Adellijke overlevingsstrategieën in Duitsland en Nederland, 1918-1955. De bundel, die verschijnt bij Uitgeverij Verloren, is samengesteld uit Nederlands-, Duits- en Engelstalige bijdragen die zijn geschreven naar aanleiding van het gelijknamige, drukbezochte symposium dat op 29 en 30 september 2022 plaatsvond in de oranjerie van Twickel. Nagenoeg alle bijdragen van dat symposium zijn in deze bundel uitgewerkt tot artikelen en voorzien van een uitgebreide inleiding op het thema door em. prof. dr. Yme Kuiper.
Na de Eerste Wereldoorlog leek de vaste grond onder de voeten van de adel in Duitsland en Nederland weg te vallen. Rond 1900 hadden de meeste adellijke families nog tot de elite behoord. Nu was die tijd voorgoed voorbij en moesten zij op zoek naar manieren om sociaal, politiek en cultureel te overleven in een zich snel moderniserende samenleving. In Einde van de adelscultuur? wordt deze thematiek in achttien artikelen vanuit een interdisciplinair en vergelijkend perspectief benaderd. Twee vragen staan daarbij centraal. Welke strategieën zetten adellijke personen, families en organisaties in Duitsland en Nederland in om zich staande te houden? En luidden de maatschappelijke veranderingen ook daadwerkelijk het einde van de adelscultuur in?
De bundel is te bestellen via deze link.
Net als in de overige provincies had de Friese adel niet alleen huizen op het platteland, maar ook in de voorname brede straten van Leeuwarden; veelal als winterverblijf. Men woonde ‘op stand’; vaak op korte afstand van elkaar. Zeer invloedrijk waren de Friese Nassau’s die er sinds 1587 als stadhouders hun hof hadden gevestigd. De eerste was Willem Lodewijk graaf van Nassau-Dillenburg (1560-1620), neef van Willem van Oranje, die in Friesland Us Heit (Onze Vader) werd genoemd. De volgende Nassau’s zouden Leeuwardens culturele rijkdom aanzienlijk bevorderen. Een ander hoogtepunt van adellijke leefcultuur is het statige Huis van Eysinga, met zijn fraaie binnenhuisarchitectuur en schilderijencollectie. Na een uitgebreide pauze met koffie en toebehoren zullen we de weg vervolgen langs voormalige adellijke woningen waarin ook veel heraldiek is verwerkt.
Word ook donateur van de Werkgroep Adelsgeschiedenis! 🗞️
De Werkgroep Adelsgeschiedenis ondersteunt onderzoek naar de geschiedenis van de Nederlandse en internationale adel. De Werkgroep kan enkel bestaan dankzij haar begunstigers. Wilt u hier ook aan bijdragen, wilt u uitgenodigd worden voor interessante lezingen en activiteiten, én wilt u ook nog eens de nieuwste Virtus | Jaarboek voor adelsgeschiedenis ontvangen, met daarin dit jaar het dossier 'Adellijke verzamelpraktijken in Nederland en België’? Word dan lid voor slechts €25,- per jaar.
Bent u nog geen begunstiger van de Werkgroep en wilt u wel genieten van Virtus en de leukste activiteiten én het onderzoek naar de geschiedenis van de Nederlandse en internationale adel steunen? Meld u dan snel aan via deze link.
De deadline voor het indienen van artikelen is 1 November 2024. Voor vragen kunt u contact opnemen met dr. Jim van der Meulen (
Op donderdagavond 1 februari, 29 februari en 28 maart is het de beurt aan de volgende sprekers.
Mis de webinars niet en meld u aan via dit aanmeldformulier: https://forms.gle/WqRHX5yRQF9Jx54r7
Programma webinar
20:00 uur: Opening
20:05 uur: Lezing
20:40 uur: Discussie
21:00 uur: Einde webinar
*De Zoom meeting room is vanaf 19:45 uur geopend.
Collectioneurs nobles - adellijke verzamelpraktijken in België en Nederland
Ulrike Müller en Gerrit Verhoeven, 1 februari
Deze webinar is terug te kijken via: https://www.youtube.com/watch?v=1SOKzQ4BJmI&t=685s
Het rariteitenkabinet, de beeldencollectie en de vooroudergalerij waren voor edelen minstens zo belangrijk als de stoeterij en het landschapspark, zo stelt de ten geleide van de nieuwe editie van Virtus | Jaarboek voor Adelsgeschiedenis. Onderdeel van dit gloednieuwe jaarboek van de Werkgroep Adelsgeschiedenis is het dossier Collectioneurs nobles. Continuity and Change in Aristocratic Collecting Practices in Belgium and the Netherlands (1750-1950) dat onder gastredactie van Müller en Verhoeven werd samengesteld. In het dossier passeren de meest markante verzamelaars uit Nederland en België de revue. Müller en Verhoeven nemen u mee in de wereld achter de rariteitenkabinetten en schilderijenlijsten, in de briefwisselingen en onder de veilinghamer en vertellen u meer over het thema van dit bijzondere dossier.
De verzamelende baron - W.A.A.J. Schimmelpenninck van der Oye, Duivenvoorde en zijn familiecollectie
Simone Nieuwenbroek, 29 februari
Vanaf het moment dat hij in 1912 het landgoed, het kasteel en de familiecollectie in Voorschoten erfde, droeg Willem Anne Assueer Jacob baron Schimmelpenninck van der Oye (1889-1957) zorg voor de geschiedenis die zijn voorouders gedurende ruim zeven eeuwen hadden opgebouwd. Talloze briefjes met genealogische aantekeningen van zijn hand, rekeningen van restauratoren en briefwisselingen laten zien hoe sterk hij zich verbonden voelde met zijn familiegeschiedenis. Daarbij drukte de baron op een bijzondere manier zijn eigen stempel op de ‘collectie Duivenvoorde’: hij deed grote moeite om via veilingen en particuliere verkopen verdwenen delen van de oorspronkelijke familiecollectie terug te brengen op Duivenvoorde. Waarom was de baron zo gedreven om de oude collectie Duivenvoorde te reconstrueren, hoe verschilt dit van de verzamelmotieven van zijn voorouders en hoe kunnen we dit zien in het licht van de identiteitscrisis waarin de Nederlandse adel in de vroege twintigste eeuw verzeild was geraakt?
De Collection de Ramaix - blauw-witte campagnes voor een adellijke status
Jo Tollebeek, 28 maart
In de decennia rond 1900 trachtten de Belgische diplomaten Maurice en Gaston de Ramaix een adellijke status te verwerven, zoals dat gangbaar was in hun professionele milieu. Daarvoor waren drie vereisten: een titel, een voorgeslacht en een kasteel. Vader en zoon de Ramaix zetten daarnaast echter ook de kunst in: een exclusieve verzameling Delfts aardewerk moest het prestige van de familie verhogen. Gecombineerd met onder meer een collectie vroegmoderne tekeningen en prenten hielp de Delftse faience een oude, aristocratische wereld te evoceren. De Tweede Wereldoorlog maakte een bruusk einde aan die illusie.
De nieuwe Virtus is uit! 🗞️
Zoals ieder jaar staat het jaarboek weer boordevol interessante artikelen, korte bijdragen en recensies. Dit jaar speciaal is het dossier 'Collectioneurs nobles. Continuity and Change in Aristocratic Collecting Practices in Belgium and the Netherlands (1750-1950)'. In een reeks artikelen worden uiteenlopende casussen van adellijke - en veelal markante - verzamelaars in Nederland en België behandeld. Veranderde met de opkomst van musea en een nieuwe sociale elite de praktijk van verzamelen onder de adel? Wie waren deze 'collectioneurs nobles', wat verzamelden zij en waarom?
Kortom: een nieuw nummer boordevol mooie artikelen!
Bent u nog geen begunstiger van de Werkgroep en wilt u wel genieten van de Virtus en de leukste activiteiten én het onderzoek naar de geschiedenis van de Nederlandse en internationale adel steunen? Meld u dan snel aan via deze link.
Op zaterdag 28 oktober zal de derde Jan Wigger-lezing van de Werkgroep Adelsgeschiedenis plaatsvinden op landgoed Twickel in Delden. De lezing is een eerbetoon aan onze penningmeester Jan Wigger, die in 2019 onverwacht overleed.
Jan Wigger was als archivaris en historicus specialist op het gebied van landadel in Overijssel. Daarnaast had hij een grote belangstelling voor het gedachtegoed van Johan Derk van der Capellen tot den Pol. De middag op Twickel zal daarom in het teken staan van deze twee thema’s: het adellijke bouwen in het 16e- tot 18e-eeuwse Overijssel én de strijd om het jachtrecht in Twente tijdens de patriottentijd.
Programma
13.30 |
|
13.35 | Ben Olde Meierink (architectuur- en bouwhistoricus, voorzitter Stichting Werkgroep Adelsgeschiedenis), Een nieuwe bouwgeschiedenis van Twickel (toelichting aan de hand van de bouwsporen in de 16e-eeuwse/c.q. 17e-eeuwse voorgevel van het kasteel en de bijgebouwen; het kasteel en de tuinen worden niet bezocht). |
14.00 | Inleiding door dagvoorzitter Hélène Bremer (bestuurslid van de Werkgroep Adelsgeschiedenis) |
14.10 |
|
14.50 | Theepauze |
15.15 |
|
16.00 | Gelegenheid tot het stellen van vragen |
16.15 | Borrel |
Aanmelding en kosten
Als u deze bijzondere middag wilt bijwonen, dan verzoeken wij u zich voor 14 oktober aan te melden via dit formulier. De kosten voor deelname bedragen €12,50 voor leden van de Werkgroep Adelsgeschiedenis en €15,- voor niet-leden. Uw aanmelding is pas definitief na overmaking van de entreeprijs.
Met behulp van onderstaand formulier kunt u zich aanmelden voor de zomerwandeling in Arnhem op woensdag 14 juli, van 14:00 tot circa 16:30 uur. We verzamelen ons om 14.00 uur in de regentenkamer van het Sint Nicolai Broederschap aan de Koningsstraat 86 te Arnhem. Deze in de vijftiende eeuw gestichte Broederschap heeft onder haar broeders altijd veel adellijke broeders gehad.
Zes jaar lang schreef Renger de Bruin, senior onderzoeker aan de Universiteit Utrecht, aan zijn imposante studie over de geschiedenis van de adel in Utrecht. Dit voorjaar verscheen het vuistdikke werk Adel en ridderschap in Utrecht, een nieuw standaardwerk dat een overzicht geeft van meer dan duizend jaar adelsgeschiedenis.
De Werkgroep Adelsgeschiedenis kan het verschijnen van dit werk niet onopgemerkt voorbij laten gaan. Daarom organiseren wij in samenwerking met de Nederlandse Kastelen Stichting op 3 augustus een avondlezing van De Bruin over zijn gloednieuwe boek in het Eemklooster in Amersfoort. Aansluitend gaat hij in een panelgesprek de discussie aan met andere specialisten. Daarbij komen niet alleen zijn belangrijkste conclusies over de Utrechtse adel ter sprake over, maar zal ook een vergelijking worden gezocht met adelsgroepen in andere provincies. Voor het publiek is er vanzelfsprekend ook de mogelijkheid tot het stellen van vragen. We zullen de avond afsluiten met een gezellige borrel.
19.30 uur Start lezing Renger de Bruin
20.30 uur Paneldiscussie
De kosten voor deelname bedragen €20,- voor niet-leden, €15,- voor begunstigers van de Werkgroep Adelsgeschiedenis en de Nederlandse Kastelen Stichting, inclusief borrel.
‘Nieuw licht op Bergh,
Donderdag 29 juni 2023 – 13.30 – 17.00 uur
op Kasteel Huis Bergh, Hof van Bergh 8, ‘s-Heerenberg
Stichting Huis Bergh en Stichting Werkgroep Adelsgeschiedenis en nodigen u van harte uit voor het symposium: ‘Nieuw licht op Bergh, recent historisch onderzoek naar kasteel, landgoed en bewoners’. Op dit symposium belichten verschillende onderzoekers hun recente onderzoeksresultaten. Michiel Faber, Johan Visser MA, en ir. Peter Verhoeff vertellen ons over de hoog adellijke familie Van den Bergh.
Historisch onderzoek
Op dit symposium belichten verschillende onderzoekers hun recente onderzoeksresultaten. Michiel Faber, student aan de Research Master Medieval Studies aan de Universiteit Utrecht, zal vertellen over zijn onderzoek naar de heren en graven Van den Bergh ten tijde van de Gelderse Oorlogen (1479 ca. 1525). De tweede spreker is Johan Visser MA, promovendus geschiedenis aan de Universiteit Leiden. Hij ontving voor zijn masterscriptie naar de stad Zutphen in 1572, de Fruinprijs 2022. In zijn lezing deelt hij met ons zijn eerste onderzoeksresultaten naar de brieven van Maria van Nassau (1539-1599), zuster van Willem van Oranje en echtgenote van graaf Willem IV van den Bergh. Tot slot zal tuinhistoricus ir. Peter Verhoeff ons vertellen over de gevonden restanten van de 17e -eeuwse tuin bij Huis Bergh. De tuin, die oorspronkelijk stamt uit 1460, is in deze periode opnieuw aangelegd in Hollands-classicistische stijl. De hoog adellijke familie Van den Bergh wilde met deze tuin haar prestige onderstrepen.
Programma
13.15 - 13.30 uur | Inloop met koffie/thee en cake in Habsburgerzaal van Huis Bergh |
13.30 - 14.00 uur | Opening en welkom, inleiding en toelichting dagprogramma door Heidi van Limburg Stirum, directeur Huis Bergh |
14.00 - 15.30 uur | Reeks lezingen door Michiel Faber, Johan Visser MA en ir. Peter Verhoeff |
15.30 - 16.00 uur | Samenvatting en afsluiting door de dagvoorzitter |
16.00 - 16.05 uur | Dankwoord door Ben Olde Meierink, voorzitter Werkgroep Adelsgeschiedenis |
16.05 - 17.00 uur | Borrel in de Hal van Huis Bergh |
Kosten van het Symposium*
Entree: € 40,-
Studenten: € 15,-
Vrienden Stichting Huis Bergh/Leden Werkgroep Adelsgeschiedenis: € 36,-
*Inclusief publicatie over de tuin van Huis Bergh en de afsluitende borrel
Aanmelden voor het symposium kan via de website van Huis Bergh.
Webinar 'Twickels Drietal’ door Christine Sinninghe Damsté - Hopperus Buma
Donderdag 9 maart, 20.00 uur
Donderdagavond 9 maart houdt Christine Sinninghe Damsté - Hopperus Buma een online lezing over de jeugd van Marie, George en Rodolphe van Heeckeren van Wassenaer. Vanaf het midden van de 19e eeuw bewoonden zij een deel van het jaar kasteel Twickel bij Delden. Christine Damsté is al geruime tijd als onderzoeker en vrijwilliger verbonden aan het kasteel en bestudeerde daar het speelgoed, kinderboeken een brieven van de kinderen. Aan de hand hiervan zal ze een beeld geven van hun opvoeding en educatie. Was die uniek of representatief voor de opvoeding van adellijke kinderen in de 19e eeuw? Centraal in het verhaal staat George van Heeckeren van Wassenaer waarover Christine Damsté in 2012 het boek Jonker in de 19e eeuw in eigen beheer uitgaf.
Programma webinar
20:00 uur: Opening
20:05 uur: Lezing door Christine Sinninghe Damsté
20:40 uur: Discussie
21:00 uur: Einde webinar
*De Zoom meeting room is vanaf 19:45 uur geopend.
Mis de webinar niet en meld u snel aan via dit aanmeldformulier!
Op 4 en 5 december 2023 organiseert de Nationale Bibliotheek van Luxemburg een interdisciplinair congres over middeleeuwse wapenboeken. Aanleiding voor het congres is de recente schenking van een rijke collectie handschriften en drukken door de weduwe van dr. Jean-Claude Loutsch. Het congres eert Loutschs bijdrage als heraldicus, maakt de balans op van dertig jaar onderzoek naar het heraldische ‘wapenboek’ en wil vooral nieuwe perspectieven aanboren. In het licht van recente grootschalige digitalisatieprojecten en de doorbraak van de Digital Humanities is de studie van dit visueel-tekstuele genre meer dan ooit relevant.
Chronologisch ligt de focus van het congres op de middeleeuwse bloeiperiode van wapenboeken en -rollen, met inbegrip van de vroege 16de eeuw. Ook bijdragen over de herontdekking en waardering van deze bronnen door latere erudieten (tot en met de 19de eeuw) zijn welkom.
De organisatie van het congres nodigt niet alleen heraldici, maar ook historici, kunsthistorici, codicologen en literatuurwetenschappers van harte uit om een voorstel voor een bijdrage in te dienen (in het Engels of Frans). Voorstellen kunnen ingediend worden tot uiterlijk 30 juni 2023 bij Jean-Christophe Blanchard:
Klik hier voor de uitgebreide call for papers.
Webinar 'Rood tegen blauw. De beginjaren van Nederland's Adelsboek' door Conrad Gietman
Donderdagavond 16 februari
Voor het eerst sinds 2014 verschijnt er dit voorjaar weer een deel van Nederland’s Adelsboek. De geschiedenis van deze roemruchte genealogische reeks (ook wel bekend als het ‘Rode boekje’) gaat terug tot 1903. Volgens de oprichters was Nederland’s Adelsboek bedoeld als een eerbetoon aan de adel en als een bolwerk tegen ‘herenhaterij’. De uitgave kwam óók bekend te staan als een ‘chronique scandaleuse’, omdat de schijnbaar waardevrije genealogieën licht wierpen op allerlei gevoelige familiezaken. Dat laatste nam niet weg dat de reeks al snel uitgroeide tot een instituut in deftig Nederland. ‘Hij is Rode boekje’ betekende: ‘hij is van adel’.
In dit webinar neemt historicus Conrad Gietman u mee naar de roerige beginjaren van Nederland’s Adelsboek. Deze ‘kleine geschiedenis’ speelt tegen de achtergrond van een veel grotere geschiedenis: de modernisering van Nederland en de dreigende afbraak van de standenmaatschappij rond 1900. ‘Rood tegen blauw’ is een verhaal over statusangst, afstammingsfantasieën, ruzies tussen beroepsgenealogen en aristocratische amateurs en gestolen drukvellen. U krijgt ook te horen waarom er in 1903 naast het Rode boekje’ nóg een adelsboekje verscheen.
Conrad Gietman is als wetenschappelijk medewerker verbonden aan de Hoge Raad van Adel. Daarnaast is hij bestuurslid van de Werkgroep Adelsgeschiedenis en hoofdredacteur van magazine Het Buiten.
Programma webinar
20:00 uur: Opening
20:05 uur: Lezing door Conrad Gietman
20:40 uur: Discussie
21:00 uur: Einde webinar
*De Zoom meeting room is vanaf 19:45 uur geopend.
Mis de webinar niet en meld u snel aan via dit aanmeldformulier!
Dit najaar kreeg Dániel Moerman de Virtus Scriptieprijs 2020 uitgereikt voor zijn masterscriptie Nobles at the Frontier. Noble Politics and Diplomacy along the Border Regions of the Low Countries and the Holy Roman Empire during the Eighty and Thirty Years’ Wars, de masterscriptie waarmee hij in juli 2019 zijn studie aan de Rijksuniversiteit Groningen afsloot.
De bekendmaking van de winnaar was het hoogtepunt van spannende middag in het Amersfoortse Eemklooster, die werd gepresenteerd door Elyze Storms-Smeets namens de als gastheer optredende Nederlandse Kastelenstichting. Dániel Moerman en zijn medefinalisten Liesbeth Geussens en Rozemarijn Moes gaven alle drie een overtuigende presentatie van hun onderzoek aan het publiek.
In zijn juryrapport was juryvoorzitter prof. Koen Ottenheym vol lof over de kwaliteit van zijn inzendingen. Hij stelde in de onderwerpskeuze van de scripties twee tendensen vast: allereerst de dominantie van achttiende eeuw, en ten tweede de grote aandacht voor de rol en positie van adellijke vrouwen. Vervolgens ging hij in op de scripties van de drie finalisten. Liesbeth Geussens schreef aan de KU Leuven een scriptie over de vier ongetrouwde zusters de Merode in de 18de eeuw en hun strategieën om hun positie binnen de familiehiërarchie te versterken, met de titel ‘Comme frère et soeurs. Gender en emotie in broer-zus relaties’. Het onderwerp is heel origineel en gebaseerd op diepgaande bronnenstudie. Dániel Moerman schreef in Groningen zijn scriptie ‘Nobles at the Frontier’ over de methoden van de lokale adel aan de zuidoostgrens van de Republiek in de vroege 17de eeuw om het eigen bezit zo goed en zo kwaad als het kon veilig te stellen in uiterst onzekere tijden langs een steeds heen- en weer schuivende frontlinie. Rozemarijn Moes studeerde ook in Groningen af. Zij analyseerde in haar scriptie De boekhouding van Mevrouw aan de hand van de huishoudboeken van enkele voorname vrouwen in Gelderland de rol van deze dames bij het dagelijkse beheer van de bezittingen en goederen van de familie in de tweede helft van de 18de eeuw.
De scripties van de drie finalisten vielen door hun overtuigende argumentatie. Ze zijn het resultaat van diepgaand archiefonderzoek en bovendien alle drie goed geschreven. De scriptie Nobles at the Frontier van Dániel Moerman vertelt het verhaal over de lokale adel in de troebele tijden aan de zuidoostelijke grens van de Republiek. Het betreft eigenlijk de overlevingsstrategieën van deze edelen, zoals de heer van Hoensbroek, waarbij het er op aankwam op precies op tijd van loyaliteit te wisselen om de volgende naderende troepenmacht letterlijk buiten de deur te houden. De begrippen ‘vriend’ of vijand’ waren in dat soort situaties nogal irrelevant want, zoals bekend, ook zgn. ‘vriendelijke’ legers konden enorme schade en plunderingen aanrichten bij de dagelijkse foeragering of inkwartiering. Moerman beschrijft in zijn scriptie de diplomatieke manoeuvres die deze edellieden in deze situaties moesten uithalen om het familiebezit veilig te stellen, en het zijn verhaal laat zien dat elke oplossing steeds maar opnieuw een tijdelijke oplossing bleek te zijn bij het naderen van de volgende donderwolk aan de horizon. De jury is onder de indruk van de beheersing van het zeer verspreide bronnenmateriaal en de knappe analyse van die bronnen en de synthese van al deze feiten in een schijnbaar moeiteloos geschreven betoog dat een heel nieuw beeld geeft van de situatie van de adel aan de randen van de Republiek.
De Virtus Scriptieprijs is een initiatief van de Werkgroep Adelsgeschiedenis. Met de prijs wil de Werkgroep het adelsonderzoek in Nederland (en België) stimuleren. Naast voorzitter Koen Ottenheym (Universiteit Utrecht) hadden in de jury zitting: dr. Conrad Gietman (Hoge Raad van Adel), dr. Elyze Storms-Smeets (Wageningen University/Gelders Genootschap) en dr. Claartje Wesselink (Rijksuniversiteit Groningen). Eerdere winnaars waren Gerrit van Oosterom in 2016 voor onderzoek naar het buitenplaatslandschap langs de Oude Rijn en Joris van Son in 2018 (voor zijn studie over muziek maken in huiselijke kring in de achttiende eeuw (op onder meer Amerongen).
De uitreiking van de Virtus scriptieprijs voor adelsgeschiedenis 2020 werd mede mogelijk gemaakt door een subsidie van het Stichting Professor van Winter Fonds.
Op zaterdagmiddag 29 oktober vanaf 14.30 uur zal in de Bloesemzaal van Huis te Breckelenkamp de tweede Jan Wiggerlezing plaatsvinden. De lezing is een eerbetoon aan ons medebestuurslid Jan Wigger, die op 11 juli 2019 op 62-jarige leeftijd onverwacht in Zwolle overleed.
De lezing wordt verzorgd door historica Evelyn Ligtenberg, die zal vertellen over haar onderzoek naar zeventiende- en achttiende-eeuwse pacht- en kasboeken.
Van diverse havezates in Overijssel zijn pacht- en kasboeken uit de zeventiende en achttiende eeuw overgeleverd. Officiële boekhoudregels waren er nog niet. De overgeleverde stukken zijn daardoor divers van aard. De op het eerste oog saaie en zich herhalende gegevens verbergen, voor wie de moeite neemt tussen de regels door te lezen, echter een schat aan informatie. Het levert informatie op over waar en van wie goederen gekocht werden, maar lichten ze soms een tipje van de sluier op over de relatie met de rentmeesters, pachters en dienstpersoneel. Wat zijn de mogelijkheden, maar ook onmogelijkheden van het werken met pacht- en kasboeken uit bovengenoemde periode van o.a. de huizen Schuilenburg, Rechteren, Wegdam en Herinckhave?
Het aantal beschikbare plaatsen op Huis te Breckelenkamp is beperkt. Wij verzoeken u dan ook zich voor 24 oktober aan te melden als u de lezing wilt bijwonen via dit formulier.
De kosten voor het bijwonen van de lezing bedragen € 12,50 voor leden en € 15,00 voor niet-leden, inclusief koffie/thee en borrel na afloop. Uw aanmelding is pas definitief na betaling.
Zomeravondwandeling Zwolle
6 juli | 19.00-21.00 uur
Op woensdagavond 6 juli aanstaande is het weer tijd voor de zomeravondwandeling, dit keer door de straten van Zwolle. We verzamelen ons om 19.00 uur in Grote Sociëteit, aan de Koestraat 8, waar we ons kunnen vergapen aan een van de mooiste geschilderde plafonds van Nederland uit het midden van de 17de eeuw. Bij aankomst wordt u een kop koffie of thee aangeboden. Van daaruit vertrekken we onder leiding van Jonkheer Arnold Gevers, kenner van de Overijsselse havezaten en buitenplaatsen bij uitstek, en de architectuur- en bouwhistoricus Ben Olde Meierink voor een wandeling langs de bijzondere maar vaak onbekende adellijke huizen in de Zwolse binnenstad.
De wandeling eindigt tussen om 21.00 -21.30 uur. Aan de zomerwandeling zijn voor donateurs van de werkgroep geen kosten verbonden. Voor anderen geldt een bijdrage van 10 euro.
Aanmelden is verplicht en kan via dit aanmeldformulier.
Einde van de Adelscultuur?
Adellijke strategieën om te overleven (1918-1950)
Kasteel Twickel | 29-30 september 2022
Op 29 en 30 september 2022 houdt de Nederlands-Duitse Kring voor Adelsgeschiedenis op kasteel Twickel in Delden een symposium over het thema ‘Einde van de adelscultuur? Adellijke strategieën om te overleven (1918-1950)’.
De troonsafstand van de keizer in 1918 en zijn vlucht naar Nederland stortten de Duitse adel in een diepe crisis. De nieuwe grondwet van Weimar betekende zelfs de afschaffing van de adel als publieke institutie. Ook in Nederland, waar edelen sinds 1848 nauwelijks nog formele privileges genoten, had het einde van de Eerste Wereldoorlog aanzienlijke gevolgen. Adellijke families behoorden hier rond 1900 weliswaar nog altijd tot de politieke, sociale en culturele elite, maar de invoering van algemeen kiesrecht en democratisering op bijna alle maatschappelijke terreinen, de institutionele ontvlechting van adel, monarchie, kerk en leger, de crisis in de landbouw en de invoering van nieuwe belastingen leidden net als in Duitsland in de jaren 1920 en 1930 tot een ‘identiteitscrisis’ die een heroriëntatie noodzakelijk maakte. Sommige Nederlandse edellieden toonden zich sceptisch over de nieuwe democratische maatschappij. In Duitsland waren antidemocratische opvattingen onder de adel veel heftiger en ook veel wijder verbreid. De relatie tussen adel en nationaalsocialisme is nog altijd een gevoelige kwestie in de Duitse en Nederlandse geschiedschrijving.
Het einde van de Tweede Wereldoorlog in 1945 betekende een tweede keerpunt in de adelsgeschiedenis van de 20e eeuw. In de DDR kregen adellijke families te maken met onteigeningen en verbanningen. Veel minder bekend is de onteigening van Duitsers in Nederland op grond van een besluit uit 1944 van de regering in ballingschap met betrekking tot de confiscatie van vijandelijke vermogens. Na de oorlog bleken Nederlandse adellijke grootgrondbezitters nog nauwelijks in staat hun landgoederen bijeen te houden. De meesten van hen besloten hun kastelen en landhuizen te verkopen, onder te brengen in een stichting of over te dragen aan monumenten- of natuurbeschermingsorganisaties. De eerste initiatieven voor het behoud van kastelen en landgoederen dateren uit de periode vóór de oorlog, maar na 1945 versnelde dit proces aanzienlijk. Betekenden al deze ontwikkelingen het einde van de adelscultuur in Duitsland en Nederland?
Tijdens dit symposium wordt de positie van de adel in een ‘ontadellijkte samenleving’ vanuit een interdisciplinair en vergelijkend perspectief benaderd. Welke strategieën volgden adellijke personen, families en organisaties in Duitsland en Nederland om sociaal, politiek en cultureel te overleven ná de Eerste Wereldoorlog (de ‘Grote Catastrofe’ van de 20e eeuw)? De thematiek van het symposium beperkt zich nadrukkelijk niet slechts tot mensen en instituties. Ook de zorg voor het culturele en materiële erfgoed van de adel is een aandachtsgebied.
Het complete programma van het tweedaagse symposium kunt u hier downloaden.
Aanmelden kan via dit aanmeldformulier. Voor aanmeldingen geldt op dit moment een wachtlijst.
Virtus 2022 wordt een speciaal themanummer over de continuiteit en verandering van de praktijk van verzamelen door de adel in Nederland en België. Hiervoor is de redactie opzoek naar artikelen!
Abstracts (van circa 350 woorden), met een korte CV, kunnen worden gezonden aan
Klik hier voor de gehele call for abstracts!
Vandaag kregen we het verdrietige bericht dat op 18 november onze oud-voorzitter Johan Aalbers in zijn woonplaats Amersfoort is overleden. Na zijn studie geschiedenis was hij werkzaam aan de Universiteit Utrecht, waar hij in 1980 promoveerde op een studie over de buitenlandse politiek van de Republiek in de vroege achttiende eeuw.
In Utrecht stond Johan bekend als een eigenzinnige, bevlogen docent. In de jaren '70 en '80 was hij een van de weinige historici in Nederland die aandacht had voor historische elites. Met zijn sprankelende colleges, grote eruditie en liefde voor archieven wist hij veel studenten enthousiast te maken voor de studie naar patriciaat en adel in de vroegmoderne en moderne tijd. In 1993 behoorde hij tot de oprichters van de Werkgroep Adelsgeschiedenis en het was onvermijdelijk dat hij voorzitter van de Werkgroep werd. Enkele jaren na zijn vertrek als voorzitter nam Johan afscheid van de Werkgroep op een manier die bij hem paste. Tijdens een excursie in 2003 vertelde hij in een café in Venray nog één keer over de adellijke wereld die hem sinds zijn jeugd zo fascineerde. Dat in het café nog de bierlucht van het Limburgse carnavalsweekend ervoor hing, merkte niemand meer toen hij begon te praten. Na afloop nam hij op de parkeerplaats bij de bus onverwacht afscheid van ons en vervolgden wij onze tocht zonder hem.
De inspiratie die hij bood, is altijd gebleven.
Webinar 27 mei 2021, 20.00-21.00 uur
De macht van de brief: de correspondentie van de Hollandse en Friese stadhoudersvrouwen, 1552-1820
Ineke Huysman
In de vroegmoderne tijd speelden de echtgenotes van de Hollandse en Friese stadhouders een niet te onderschatten rol. Het voeren van correspondenties was voor deze vrouwen hét middel om hun netwerk te onderhouden en invloed uit te oefenen. Van deze briefwisselingen is veel bewaard gebleven, maar er is nog maar weinig over geschreven. Door de digitalisering van de correspondenties van deze stadhoudersvrouwen komt daar nu verandering in. Aan de hand van een aantal smaakmakende voorbeelden uit deze correspondenties vertelt onderzoeker Ineke Huysman over de manier waarop deze vrouwen zich door middel van hun brieven hebben doen gelden.
Meld u snel aan via het online aanmeldformulier.
Op 17 oktober 2020 vond het symposium Ongenode Gasten: De bezetter en bevrijder op de buitenplaats plaats, een samenwerking van de Nederlandse Kastelenstichting en de Werkgroep Adelsgeschiedenis. Met onder andere bijdragen van Elyze Storms-Smeets en Conrad Gietman.
De Tweede Wereldoorlog is van grote invloed geweest op de Nederlandse kastelen en buitenplaatsen. Honderden zijn er geconfisqueerd. Sommige eerst door het Nederlandse leger tijdens de mobilisatie van 1939, vervolgens door de Duitse bezetter en vanaf 1944 in toenemende mate door de geallieerde bevrijders. Die geschiedenis staat centraal op de studiedag Ongenode gasten. Welke functies kregen kastelen en buitenplaatsen tijdens de oorlog? Wat waren de gevolgen voor militair gebruik, gedwongen ontruiming of confiscatie? Hoe was het voor de eigenaren om huis en haard te delen met buitenlandse soldaten, als ze al niet geheel uit hun woning werden verjaagd? Wat waren de materiële gevolgen voor huis en inboedel? Na 1945 bleven veel huizen (zwaar) beschadigd achter. Voor veel eigenaren aanleiding om te besluiten hun bezit af te stoten. Het begin van een grote golf van herbestemmingen: de gevolgen van de oorlog zijn tot op heden voelbaar.
Het symposium is hier in zijn geheel terug te kijken.
Webinar 8 april 2021, 20.00-21.00 uur
Duivenvoorde: een ensemble van familieverhalen
Simone Nieuwenbroek
Duivenvoorde is een ensemble van kasteel, collectie, wandelpark in Voorschoten dat wordt omringd door ruim 262 hectare landgoed. De eerste vermelding dateert uit 1226. Van een middeleeuwse versterkte woontoren werd het in de eeuwen die volgden verbouwd tot symmetrisch vroegmodern zomerhuis van de families Van Wassenaer, Steengracht en Schimmelpenninck van der Oye. Tot twee jaar geleden werd het kasteel bewoond door nazaten van de oorspronkelijke eigenaren, en dat is heel bijzonder in de Nederlandse kasteelwereld. In bijna acht eeuwen hebben 27 opeenvolgende eigenaren een bijzondere en uiteenlopende familiecollectie bijeen weten te brengen. Een belangrijke deelverzameling is de collectie portretten, die zich laat lezen als een soort familiealbum. In de komende webinar doet Simone Nieuwenbroek, conservator van kasteel Duivenvoorde, enkele bijzondere familieverhalen over geportretteerde bewoners en hun familieleden uit de doeken. Van de invloedrijke weduwe Anna Margaretha Bentinck tot de notoire verzamelaar Hendricus Adolphus Steengracht, en van een verboden liefde tot een conflict over een spoorlijn: achter iedere lijst schuilt een bijzonder verhaal.
Mis de webinar niet en meld u aan via het online aanmeldingsformulier.
Virtus 2020 is uit! Ook dit jaar weer boordevol artikelen over de geschiedenis van de Nederlandse én internationale adel. Naast de vertrouwde artikelen, objecten in context en korte bijdragen bevat het tijdschrift dit jaar ook het dossier Adelijke vrouwen. Het resultaat mag er zijn!
Benieuwd naar de inhoud? Word lid van de Werkgroep Adelsgeschiedenis en krijg de gloednieuwe Virtus cadeau.
Webinar 10 december, 20.00-21.00 uur
Valbijl of vangnet? Natuurmonumenten, de adel en de verwerving van landgoederen en buitenplaatsen in de twintigste eeuw
Dr. Michiel Purmer
De Vereniging Natuurmonumenten is, met ruim negentig landgoederen of landgoedonderdelen in beheer, een van de grootste landgoedbezitters in Nederland. Veel van die landgoederen waren ruim een eeuw geleden nog particulier bezit van edelen. In de twintigste eeuw zijn vele adellijke landgoederen overgegaan van particulieren naar stichtingen, verenigingen en andere organisatievormen. Naar schatting wordt nog maar dertig procent van de kastelen en buitenplaatsen in Nederland particulier bewoond. In deze webinar presenteert Michiel Purmer een onderzoek naar de schenking en verkoop van adellijke landgoederen aan Natuurmonumenten in de twintigste eeuw. Wist de vereniging ten koste van de adel haar grondbezit uit te breiden of was Natuurmonumenten juist een middel voor adellijke landgoedbezitters om voorvaderlijk erfgoed te behouden?
Mis de webinar niet en meld u aan via het online aanmeldingsformulier.
Illusie van eeuwigheid
De portretreeks met de landcommandeurs van de Ridderlijke Duitsche Orde, Balije van Utrecht
WEBINAR 15 oktober 2020 , 19.30- ca. 20.45 uur
Dr. Daantje Meuwissen
universitair docent vroegmoderne kunstgeschiedenis, Vrije Universiteit Amsterdam
In het Duitse Huis aan de Springweg in Utrecht hangt een portretserie met alle landcommandeurs van de Utrechtse Balije van de Ridderlijke Duitsche Orde sinds 1231. Deze orde, opgericht ten tijde van de kruistochten, bestaat nog steeds. Uitzonderlijk is dat ook de portretreeks nog altijd wordt voortgezet. Kunsthistoricus Daantje Meuwissen heeft in het kader van haar proefschrift uitgebreid onderzoek gedaan naar deze reeks. In dit webinar vertelt ze over haar onderzoek naar de roerige geschiedenis van deze reeks, die is geschilderd tussen 1576 en 1580 toen de katholieke ridderorde voor haar voortbestaan vreesde. De portretten raakten tijdens de Beeldenstorm beschadigd, werden naar Den Haag verhuisd tijdens de Franse overheersing en steeds aangepast aan de smaak van de tijd of de nieuwe behuizing. De serie vormt zo een unieke dwarsdoorsnede van ruim vier eeuwen portretkunst. Bekende portrettisten zoals Paulus Moreelse en Gerard van Honthorst hebben er hun stempel op gedrukt, maar ook onbekende meesters en zelfs amateurs.
Mis de webinar niet en meld u aan via
Goed nieuws in vreemde tijden. Met veel plezier maakt het bestuur van de Werkgroep Adelsgeschiedenis bekend dat het Professor van Winter Fonds een subsidie heeft toegekend voor de organisatie van de Virtus scriptieprijs voor adelsgeschiedenis 2020. De Virtus scriptieprijs is vier jaar geleden door de Werkgroep Adelsgeschiedenis in het leven geroepen om nieuwe generaties academici aan te moedigen onderzoek te doen naar de geschiedenis van de adel. Studenten en oud-studenten kunnen tot 1 oktober hun scripties inzenden. De jury van de Virtus scriptieprijs bestaat dit jaar uit prof. dr. Koen Ottenheym (voorzitter), dr. Conrad Gietman, dr. Elyze Storms-Smeets en dr. Claartje Wesselink. Wanneer de omstandigheden het toelaten wordt de Virtus scriptieprijs wederom uitgereikt tijdens een feestelijke bijeenkomst. Mede dankzij de subsidie van het Professor van Winter Fonds zal deze bijeenkomst gratis toegankelijk zijn. Meer informatie over de Virtus scriptieprijs vindt u onder het tabblad Scriptieprijs.
Wat was de rol van de adel in de Nederlanden tijdens de religieuze reformaties in de lange zestiende eeuw? Klopt de klassieke interpretatie van een katholieke, Spaansgezinde factie aan de ene kant en protestantse rebellen aan de andere? Of is het tijd voor herziening? Deze en andere vragen staan centraal tijdens het symposium Adel & Reformaties in de Lage Landen, 1450-1650, georganiseerd door de Werkgroep Adelsgeschiedenis en het Amsterdam Centre for Religious History. Het symposium zal op vrijdag 3 april aanstaande plaatsvinden aan de Vrije Universiteit Amsterdam. Meer informatie vindt u onder het tabblad Symposia.